Blox

Door Jan Geerling

Is de computerspelletjeswereld moeten spellen vandaag de dag grafisch top zijn om nog aan te kunnen slaan. Het maakt niet uit hoe ingenieus een spelconcept is, als het uiterlijk vertoon tegenvalt, betekent dat negen op de tien keer een slechte recensie. De bordspellenwereld is wat dat betreft gelukkig een beetje vergevingsgezinder.

Afbreken en bouwen
In Blox is het doel heel simpel: punten pakken. Dit doe je door bestaande torens (kleine stapeltjes gekleurde blokjes) af te breken, en nieuwe torens te bouwen. Deze torens staan verspreid over een speelbord met kleurenvakjes. Over deze vakjes bewegen zich de pionnetjes van de speler. Dit gebeurt niet door de oude vertrouwde dobbelsteen, maar met kleurenkaartjes. Deze handige kaartjes zijn niet alleen nodig om te verplaatsen, maar ook om torens te bouwen en af te breken.

Kleuren
Het verplaatsen gaat als volgt. Wil je naar een toren die naast een zwart vakje staat, dan moet je een zwart kaartje afleggen. Zo beweeg je naar het dichtstbijzijnde zwarte vak. Elke speler heeft vier pionnetjes tot zijn beschikking, die hij vervolgens op strategische plekken neerzet. (bijvoorkeur naast de af te breken toren). Zoals gezegd bestaan de torens ook uit kleuren. Heb je al die kleuren qua kaartjes in de hand, dan breek je de toren af en scoor je punten. Met de bouwstenen van de afgebroken toren kan je weer een nieuwe toren bouwen (levert ook weer punten op).

Strategisch plaatsen
Het tactische element in het spel is het strategisch plaatsen van torens en pionnen. Medespelers kunnen niet over torens of pionnen heenspringen, en dus kan je lekker hinderen. Vaak probeer je ronde op ronde de door jou gewenste kleurencombinatie in handen te krijgen. Duurt dit te lang dan dwingt het spelverloop je vaak tot een keuze; durf ik langer te wachten, of ga ik andere mogelijkheden nastreven?

Fases
Het spel bestaat uit fases. In het begin moet je eerst kleine torens afbreken, en iets grotere opbouwen. Zijn de kleinste torens weg, dan mag je grotere torens gaan afbreken en bouwen. Het spel heeft in totaal vier fases. Zijn uiteindelijk alle torens van vier hoog in de vierde fase afgebroken, dan eindigt het spel en is het punten tellen geblazen. Hoewel je door tactisch plaatsen best veel invloed op het spelverloop kan hebben is de geluksfactor bij het sparen van de juiste kaarten wel erg hoog.

Conclusie
Blox zit er qua uitvoering bijzonder droog en een beetje saai uit. Dat geeft echter helemaal niets, het spel is simpel onder de knie te krijgen, en net als bij dammen geldt voor dit spel: overzichtelijkheid is alles. Met twee spelers is de geluksfactor wel vrij hoog: met name met drie of vier spelers komt het tactische element goed tot zijn recht. Veel mensen zullen dit spel snel af doen als een aardig tussendoortje; maar heb je het spelidee eenmaal onder de knie, dan is er verrassend veel diepgang te ontdekken met Blox. Een spel dat in potentie verschillende lagen onder de bordspelers kan aanspreken: van diehards tot casual spelers.